Waar kindermishandeling helaas van alle tijden is, ben ik in deze tijden van corona extra bezorgd. Maatregelen en beperkingen op het gebied van terrasbezoek, sporten, vakantie vieren en op visite gaan leiden tot minder ontspanning en meer spanning. Deze  maatregelen halen je uit je normale doen en veranderen ook nog eens elke keer, wat het voor mensen met een verstandelijke beperking extra moeilijk maakt. Daarbij is het sociale contact door alle beperkingen afgenomen. Daarin schuilt het risico dat geweld in huis en/of kinderhandeling nog minder snel wordt opgemerkt.

Sinds december 2018 ben ik directeur Jeugd van Amarant. Mijn voorganger was ambassadeur van de Taskforce Kindermishandeling en ik kreeg die taak er min of meer bij. In het begin wist ik niet zo goed hoe ik invulling moest geven aan die nieuwe rol. Maar naarmate ik bij meer het onderwerp betrokken raakte, drong steeds meer tot me door waarmee kinderen bij Amarant en daarbuiten te maken krijgen. En hoe ik daarin verschil kan maken.

Opvoeden voor onze cliënten extra lastig

Van onze cliënten heeft 80 tot 85% een licht verstandelijke beperking (LVB), veelal met bijkomende problematiek (LVB+). Daarnaast hebben we cliënten met matige tot ernstige beperkingen, ook lichamelijke. Uit onderzoek blijkt dat mensen met een verstandelijke beperking tot tien keer zo veel kans maken om met huiselijk geweld te worden geconfronteerd dan anderen. Ook is bekend dat kinderen die onveilig opgroeien, vaak onbewust de opvoedstijl van hun ouders overnemen. Wat betekent dat voor onze cliënten?

Dat opvoeden niet altijd makkelijk is, weet elke vader of moeder. Maar voor ouders met een kind met een verstandelijke beperking is het extra lastig. Dat heeft er onder meer mee te maken dat kinderen met een verstandelijke beperking zichzelf moeilijk grenzen kunnen opleggen. Dat blijft vaak zo, ook als ze zelf volwassen zijn en ouder willen worden. Dan vinden ze het ook moeilijk hun eigen kinderen grenzen op te leggen.

Daarom is het thema 'kinderwens' binnen de divisie Jeugd een belangrijk onderwerp. Onze jongvolwassen cliënten hebben zelfbeschikkingsrecht: ze mogen zelf bepalen of ze vader of moeder willen worden. Het is onze taak erop te wijzen dat alleen liefde voor een kind niet genoeg is. Het moet ook leren dat niet alles zomaar kan.

"In elke schoolklas is gemiddeld één kind slachtoffer van kindermishandeling"

Kansrijke start

Amarant biedt onder de noemer ‘kansrijke start’ allerlei programma’s gericht op (wel of geen) ouderschap en een verstandelijke beperking. Maar ook na de geboorte is er begeleiding. Zo zijn er algemene programma’s voor ouders met een beperking of meer specifiek voor bijvoorbeeld tienermoeders.

Die professionele kant van het ambassadeurschap vind ik nog het makkelijkst. De meeste professionals in de jeugdzorg, dus ook die bij ons, zijn getraind in handelen volgens de meldcode. Dat is redelijk standaard. Maar hoe geef ik invulling aan dit onderwerp in mijn rol als werkgever? En hoe draag ik het ambassadeurschap uit náást mijn werk? Die aspecten houden me ook erg bezig.

Grote werkgever in de regio

Met meer dan 5.000 mensen in dienst is Amarant een van de grootste werkgevers in de regio. Statistisch gezien is een deel van onze medewerkers dus slachtoffer van kindermishandeling, of is misschien zelfs ‘dader’. Al doet die laatste term geen recht aan een dergelijke situatie; die kent vooral slachtoffers.

Ook binnen deze organisatie zijn er huwelijken die stranden. Het is bekend dat relatieproblemen het risico op huiselijk geweld vergroten. Hoe open ik de ogen van Amarant-medewerkers voor zulke feiten? Wat zien of voelen ze bij collega’s? Hoe ga je het gesprek aan met iemand die bijvoorbeeld in scheiding ligt? Vragen die lastig zijn, maar wel moeten worden gesteld.

"In tijden van corona ben ik extra bezorgd"

Aankaarten binnen managementteam

Ik ben begonnen met het aankaarten van het onderwerp binnen het managementteam Jeugd en tijdens het directieoverleg. Wat de uitkomst zal zijn, weet ik nog niet. Misschien moeten we al onze medewerkers, en niet alleen degenen die met cliënten werken, wel trainen in omgaan met de meldcode.

Ook spreek ik met andere werkgevers over kindermishandeling. Dat doe ik bijvoorbeeld binnen het ondernemersnetwerk waarvan ik lid ben. Ik maak andere werkgevers ervan bewust hoe vaak het voorkomt. Zeker bedrijven met veel medewerkers moeten er haast wel mee te maken hebben. Ik vertel andere werkgevers dat het loont om oog te hebben voor kindersmishandeling. Want huiselijk geweld speelt vaak in relatie tot andere problemen. En niet zelden leidt een instabiele thuissituatie ertoe dat iemand zich ziekmeldt.

Dichterbij dan je denkt

Huiselijk geweld is vaak dichterbij dan je denkt. Nu ik dat weet, kijk ik anders, handel ik anders. Zoals die keer dat ik ons gezin hoorde over een ruzie tussen een moeder en haar zoon. Ik vroeg door. En toen bleek dat de zoon zijn moeder had geschopt. Dat was voor mij reden om met zijn ouders, die ik goed ken, te gaan praten. Met ieder afzonderlijk wel te verstaan, want ze zijn nog niet zo lang geleden gescheiden.

Natuurlijk ga ik in zo’n gesprek omzichtig te werk. Ik laat en passant vallen dat ik tegenwoordig ambassadeur ben van de taskforce. En bij moeder leidde dat gaandeweg het gesprek ertoe dat ook zij over het schoppen vertelde. Ik heb haar gezegd dat dit geen normaal gedrag is en dat ze het niet hoeft te accepteren. Ook heb ik haar laten weten dat ze altijd bij me kan aankloppen. Ze hoeft daar niet alleen in te staan.

Een ding weet ik zeker: als ik geen ambassadeur van de taskforce was geweest, dan was ik dit gesprek niet aangegaan. In die zes maanden dat ik dit nu doe, is er een wereld voor me open gegaan. Op dit belangrijke en gevoelige thema blijf ik me dan ook graag inzetten.

De tips van René:

  • Ken de feiten, dan kijk je met andere ogen.
  • Kindermishandeling is niet alleen een onderwerp voor jeugdprofessionals.
  • Wees je bewust van het feit dat huiselijk geweld ook onder jouw medewerkers voorkomt.
  • Maak het onderwerp bespreekbaar.
  • Vermoed je huiselijk geweld of kindermishandeling? Vraag door!